Paulsen (1997)
Paulsen, Berman, Wang
Is male reproductive health at risk? Longitudinal semen analysis studies
Advances in Contraception, 1997; 13 (119-121)
In de afgelopen jaren zijn er diverse tegenstrijdige berichten in de vakliteratuur verschenen over een mogelijke vermindering van de zaadkwaliteit over de laatste tientallen jaren. Het is moeilijk om een directe relatie te leggen tussen de resultaten van zaadanalyse en de mannelijke vruchtbaarheid. In ieder geval moeten bepaalde statistische bewerkingen op de resul-taten van de zaadanalyses worden toegepast, om de gegevens op een statistisch juiste manier te kunnen interpreteren (logtransformatie). Bovendien moeten er per man 3-6 zaadmonsters bekeken worden om op betrouwbare wijze iets te kunnen zeggen over het al dan niet hebben plaats gevonden van veranderingen in het zaad van een groep mannen.
De auteurs, werkzaam in de USA, onderzochten de zaadgegevens van 510 gezonde volwassen mannen, verzameld over een periode van 21 jaar (1972-1993). Er was gekeken naar spermaconcentratie, spermavolume en spermavormen. De monsters werden verkregen na 2-7 dagen ont-houding. Gemiddeld werden er 6 monsters per man verzameld.
De resultaten van de spermaconcentratie waren als volgt:
Spermaconcentratie |
95 %- betrouwbaarheids- |
|
1972-3 |
49,2 |
42-57 |
1987-9 |
76,4 |
56-103 |
1992-3 |
51,96 |
43-62 |
Er werd dus geen significante vermindering van de spermaconcentratie over de bestudeerde periode van 21 jaar gevonden. Hetzelfde gold voor de hoeveelheid sperma en het totaal aantal zaadcellen per ejaculaat.
Bij 395 van de 510 proefpersonen werd ook de vorm van de zaadcellen bekeken. Er was een geringe verhoging in het percentage normale ovale vormen over de bestudeerde periode te ontdekken.
De auteurs concluderen dat er in hun onderzoek geen vermindering van de zaadkwaliteit over de laatste 21 jaar is te ontdekken. Dit wil niet zeggen dat dit elders niet het geval kan zijn, of bij bepaalde groepen mannen, b.v. zonen van moeders die diethylstilbestrol (DES) hebben geslikt in de zwangerschap. Verder maken de auteurs de kanttekening dat deze gegevens niet per se hoeven te betekenen dat de vruchtbaarheid van de onderzochte mannen normaal is gebleven. Toch zou een geleidelijke verlaging van de spermaconcentratie een waarschuwing kunnen zijn voor vruchtbaarheidsproblemen in de toekomst.